dinsdag 5 februari 2019

Weblogbrief 14.16, 5 februari 2019

Weblogbrief 14.16, 5 februari 2019

Queridos amigos y familia, zitten we alweer in februari, de maand die mij sinds mensenheugenis bijstaat als de koudste van het jaar. Gelukkigerwijs heb ik de afgelopen week wel de nodige jarigen te feliciteren. Trudie heb ik jullie al in mijn vorige brief genoemd, dus dat ga ik hier niet nog eens overdoen. Op de 31ste is mijn neef Rik jarig, hij is dan al weer 34! De kinderen worden groot en nemen de macht over. Dat geldt ook voor Marcel, die op 4 februari 44 al wordt/is geworden. Cumpleaños feliz a ellos!

Intussen begin ik gewoon met me op 30 januari om 2 uur aan te dienen op de universiteit. Helaas, Lluis is er vanmiddag niet en dus kan ik hem ook het huurgeld nog niet geven. Als stand-in heb ik daar eerder Jorge en Adriana wel voor gebruikt, maar ook die hebben vanmiddag bezigheden buitenshuis. Tant pis, dan moet het volgende keer maar, op 5 februari.
Wel zijn twee van de drie jongedames op mijn kamer druk op hun computers bezig. Hier zijn de namen: Flor uit Buenos Aires heb ik al eens genoemd, de andere twee heten Jessica, een lange lat en de (afwezige) Patricia die het met een gedrongen indiaans (aboriginal?) uiterlijk moet doen.
Op weg naar de universiteit heb ik nog een aanvulling gezien op de mij eerder opgevallen Bisolvón advertentie, van Sanofi, voor wie dat wil weten. Volgens de advertentie zijn er twee soorten “Adiós a la tos”. Eentje is voor een droog hoestje en heet “Bisolvón antitusivo compositum”. De andere, meer bedoeld als er een overmaat slijm in het spel is, heeft de naam “Bisolvón mucolitico” meegekregen. Waarvan akte!

Harry’s nieuwe “Tops of the pops” gaat over de Edwin Hawkins Singers, met Edwin Hawkins niet alleen aan de piano, maar ook pontificaal in beeld, als er over de groep in een tv-programma gepraat wordt. Het gospelnummer “Oh Happy Day” is in 1969 eerst een hit in San Francisco, daarna in New York en de rest van de VS en vervolgens kan Europa niet achterblijven. Als ik de clip van ruim zeven minuten bekijk, valt me bovenal de (zwarte) zangeres op die in feite het nummer draagt: Dorothy Morrison (met een gaaf gebit). Die had wat mij betreft best wat meer mogen meedelen in de eer die Edwin en zijn Singers ten deel is gevallen. In 1970 zit de groep bij Willem Duys in “Voor de vuist weg” en maakt zijn tweede hit samen met zangeresje Melanie (bekend van “Beautiful people”). Op hun gezamenlijke “Lay down” staat zangeres Dorothy Morrison een beetje weggedrukt in de hoek.
Tussen de nieuw clips van Harry springt uiteraard die van Tina Turner met David Bowie eruit. Hun gezamenlijke “Tonight” kan ik niet vaak genoeg horen. Hollands glorie uit 2018 vind ik deze keer “Als het avond is” van Suzan & Freek.

Harry is niet de enige die vanmiddag op mijn computer voor reuring zorgt. Ik kijk bijv. ook naar een interessant TED-verhaal van Yuval Harari. Deze man uit Tel-Aviv is wereldberoemd vanwege zijn boek over Homo Sapiens en zijn twee boeken daarna. Volgens Harari domineert de mens alle andere leven op aarde, omdat hij als enige dier grote aantallen soortgenoten weet te coördineren, ook nog op een flexibele manier. En wij mensen maken ook, in tegenstelling tot ander leven op aarde, niet alleen gebruik van realiteiten, maar ook van ficties: godsdienst, rechten, politiek en economie, geld, noem maar op. Dat ziet Harari chimpansees, ratelslangen of makrelen nog niet doen. Die willen geen eten ruilen voor een stukje papier. Wel vreest hij, in een ander praatje, dat ons soort mens in de toekomst weggedrukt zal worden door weer andere wezens, die meer weg hebben van robots.
Laat ik cabaretier Pieter Derks ook nog eens noemen. Ik zie op de computer het stukje terug, waarin hij De Slimste Mens van 2013 wordt. De oorkonde die bij de uitverkiezing hoort, krijgt hij uitgereikt van de winnaar van het jaar ervoor: Arjen Lubach. Op de achtergrond zie ik het tweetal Philip Frederiks en Maarten van Rossum besmuikt lachen.
YouTube, daar kan je wat mee!

Lluis heeft ‘s morgens een grote tas op mijn kamer op de universiteit gedropt met allerlei dekens en lakens die hij kennelijk eind oktober uit mijn woning heeft meegenomen en vervolgens in de wasmachine gestopt. Een en ander komt wel van pas, als mijn aangetrouwde familie uit Amby en Randwijck hier op 13 februari zijn opwachting gaat maken. Nadeel: ik kan nu met goed fatsoen niet met bus 12 terug tot bij het Castillo de la Luz. Dus stap ik op de terugweg uit voorbij Santa Catalina aan mijn straat en loop eerst met de spullen naar mijn woning. Dan bedenk ik nog eens hoe ijverig Harry zijn artikel over de Edwin Hawkins Singers heeft ingeleid met o.a. een lijstje andere gospelnummers dan wel tot popmuziek verbasterde gospel.

Dat kan ik ook, denk ik op donderdagmorgen, een lijst maken met liedjes waar een geestelijk sausje over zit. Zelfs als ik me beperk tot liedjes met het woord God, heb ik met mijn zoekmachine in een mum van tijd een heel royale serie op mijn computer staan. Ik zal me inhouden en hier maar een veertiental nummers naar voren schuiven. Daarin komt Onze-Lieve-Heer in de verscheidene talen in de titel voor. Hier is mijn compilatie, die ik “God zal me bewaren” hebt gedoopt. Ze bevat de volgende liedjes:
01. Andrea Berg – Lieber Gott
02. Beach Boys – God only knows
03. Billie Holiday – God bless the child
04. Bob Dylan – With God on our side
05. Chavela Vargas – Preguntitos a Diós
06. Domenico Modugno – Dio como ti amo
07. Etta James – God’s song (That’s why I love mankind)
08. Jacques Brel – Le bon Dieu
09. Johnny Blenco – Mesjien zit God te jenke
10. Les Paul & Mary Ford – Vaya con Diós
11. Linda Ronstadt – Tata Diós
12. Maria Dolores Pradera – A Diós le pido
13. Scene – Het werk van God
14. Solomon Burke – God knows I love you
Je hoeft geen pater, misdienaar en anderszins een theïst te zijn om dit een aardige verzameling te vinden. “God bestaat niet” is een nummer van De Dijk en daar kun je mee eens zijn zoals ondergetekende of niet. Intussen zijn m.i. liedjes als “God bless the child”, “Le bon Dieu” en “A Diós le pido” het aanhoren best waard.

Ik kom nog even terug op gisteravond, woensdagavond 30 januari. Dan is de terugwedstrijd van Sevilla-Barcelona. De eerste in Sevilla heeft Barcelona met 2-0 verloren, maar zonder Leo Messi. Die heeft beloofd er deze keer vol tegen aan te gaan, want de beker winnen is al vier jaar achter elkaar vaste prik voor de jongens van Camp Nou en nog steeds voor herhaling vatbaar. Voor de variatie ga ik deze keer naar de wedstrijd kijken bij La Madrileña, een 100% volkszaak in de Ripoche naast de Sparwinkel. Het is mij er ietsje aan de rumoerige kant om lekker van het voetballen te kunnen genieten, maar ik zit wel gebeiteld voor een groot scherm.
Vanaf het eerste begin is Barcelona sterker en in de twaalfde minuut is het al raak. Messi krijgt een tikje binnen het strafschopgebied van Nederlander Promes van Sevilla, de scheidsrechter resoluut wijst naar de stip en Coutinho (niet Messi) verzilvert de buitenkans. Dan komt Sevilla in de wedstrijd. Keeper Jasper Cillissen moet een doelpoging van André Silva van de lijn en via de paal wegtikken. Vlak daarop gebeurt min of meer hetzelfde als eerder aan de overkant. Roque Mesa gaat pontificaal liggen, als Piqué hem tussen de benen de bal probeert te ontfutselen. Consternatie alom, maar eraan tornen heeft geen zin. Penalty-specialist Banega van Sevilla mag hem nemen. Wie zei dat “onze” Jasper Cillessen absoluut geen penalty’s kan stoppen, er nog nooit een heeft tegengehouden? Hij werpt zich met zijn hele hebben en houden de goede kant op, de linkerhoek, en stopt een bijna onhoudbare strafschop. Wij van La Madrileña vinden dat Sevilla er zeer door is aangeslagen! Niet veel later tikt Rakitic de 2-0 binnen en is de stand over twee wedstrijden weer gelijk.
Na de “thee” – zouden ze die nog serveren in de catacomben van Camp Nou – lijkt Barcelona snel en regelrecht op de overwinning af te stevenen. Met het hoofd zet Coutinho de 3-0 op het scorebord op een voorzet van Suárez in minuut 52 en zegge en schrijve een minuut later is het al 4-0 door een pegel voor open doel van Sergio Roberto. Is de wedstrijd daarmee gespeeld? Zoals vaker gebeurd is, laat de achterhoede van Barcelona de teugels nu ietsje te veel zakken. Cillessen gooit in minuut 67 een bal helemaal verkeerd uit en heeft het nakijken op een poeier van Arana, 4-1. Het zal toch geen 4-2 gaan worden, vrees ik, want dan trekt Sevilla alsnog aan het langste eind. Als Sevilla probeert aan te dringen, komen er echter vooral kansen op een nieuwe goal voor “los azulgrana” (twee keer Messi, een keer Sergio Roberto), maar nieuwe doelpunten, ho maar! Vlak voor tijd maakt Suárez er gelukkig 5-1 van en Messi opgelucht 6-1. De voetbaltrots van Andalucia moet terug naar huis met een lege doos. Barcelona heeft de eerdere 0-2 op een grandioze manier rechtgezet, vindt de pers.
Woensdagavond zit ik vanaf half 11 op mijn balkon na te genieten met drank en chips.

Op de donderdag zie ik twee advertenties die de stad (“Toda una ciudad”) mij voorhoudt in relatie tot het naderende carnaval. Eentje vind ik uit de kunst: een papegaai, waarin zich van alles carnavalesk afspeelt. De andere is niet een beetje, maar echt ver van mijn bed – komt die van de plaatselijke DEA (Drug Enforcement Administration)? Boven een meisje, dat staat over te geven, staat “GAME OVER” en eronder “DEJATE DE JUEGOS”, laat je niet in met spelletjes. Je mag wel carnaval gaan vieren (VIVE EL CARNAVAL), maar dan wel SIN ALCOHOL. Van dat “sin alcohol” begrijp ik geen jota. Worden we verondersteld van café naar café te gaan en overal alleen maar spa te drinken?
Soortgelijke advertenties met SIN DROGAS en SIN VIOLENCIA kunnen uiteraard wel door de beugel.

Dan is het alweer vrijdag en weekend: tijd om mijn collectie trui-opschriften aan te vullen. die mij aanstaan. Deze keer ga ik de onderliggende dragers weglaten en beperk ik me tot de gepresenteerde slagzinnen. Eentje is “STAY WEIRD”, blijf gek doen en de tweede is “THE BEST IS YET TO COME”, het beste komt er nog aan. Ik heb deze keer ook nog een derde: “FOLLOW YOUR KARMA”, volg je lot.
Bij het karmaverhaal denk ik eerst – en dat hoop ik ook een beetje – dat er “follow your karate” staat, maar ik ben door het KAR- in de war gebracht. Nu gaat de eerste prijs, een vetleren medaille “met tuike”, voor mij naar “STAY WEIRD”.
De laatste tijd vind ik mezelf misschien ietsje te gewoon worden. De slagzin: “Doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg” vind ik meer bij de VVD dan bij mij passen. Er zou best weer wat meer “weirdness”, “foolishness” uit mijn koker mogen komen.

Vrijdagmiddag zit ik vanaf kwart voor 4 op het balkon te wachten op de komst van Sonia, met de deur naar de tussenkamer, waar mijn huisbel is, open. Ze zou om 4 uur komen poetsen en ik wil liever niet dat ze me uit een dutje moet halen om binnen te mogen komen. Echter, ze komt niet opdagen. Een kwartier later ga ik zelfs naar beneden om te kijken of ze me misschien geappt geeft dat ze wat later komt. Dan besluit ik om zelf het heft in handen te nemen en haar te appen. Helaas krijg ik geen respons om mijn “¿Donde estás?”, waar ben je? Om half 5 ga ik onverrichter zake weer naar boven. Ze heeft me nog geen enkele keer laten zitten; zou ze denken dat ze voor zaterdagmorgen besteld is?
‘s Morgens vroeg heb ik de ijskast ontdooid (“descongelado” in het Spaans), hopend dat Sonia hem dan vanmiddag een schoonheidsbeurt zou geven. Zal ik zelf op mijn knieën gaan zitten om hem te soigneren of wachten tot morgen? Ik besluit nog een nachtje zonder te doen.

Vrijdagavond is filmavond. Ik kijk hernieuwd naar een “rolprent” die hoog op mijn lijst van beste films aller tijden staat: “The Untouchables” van regisseur Brian De Palma uit 1987. Hij speelt in 1930 in Chicago, in de tijd van de drooglegging van de VS (Terzijde, wat een absurde gedachte!).
Bootlegger en gangster Al Capone (Robert De Niro) regelt toch alcohol, op grote schaal. Hij schroomt niet om daarbij geweld te gebruiken, als mensen hem daarbij willen tegenwerken of hem iets niet zint. Er wordt een comité opgericht om hem de voet dwars te zetten. Dat bestaat uit Eliot Ness (Kevin Costner), Jimmy Malone (Sean Connery), George Stone (Andy Garcia) en Oscar Wallace (Charles Martin Smith). Zij gaan met zijn vieren de drankhandel te lijf vanuit het idee: Of we het ermee eens zijn of niet, maar de wet moet gehandhaafd worden. In het begin krijgen ze de knip op de neus, maar daarna hebben ze gaandeweg steeds meer succes. Dat gaat wel ten koste van het leven van eerst Oscar en dan Malone. De ruzie met Al Capone wordt steeds grimmiger. Dan, uit het niets, wil de boekhouder van Al Capone een boekje open doen. De gangster wordt vervolgens niet voor geweldpleging veroordeeld, maar krijgt wegens belastingfraude een gevangenisstraf van 11 jaar opgelegd. Daarmee is zijn rol uitgespeeld. Voor een amusante bijrol noem ik hier de fotograaf van de plaatselijke krant.
Het is een pracht van een film. Allerlei scenes staan me nog bij of ik ze net gezien heb, als ik “The Untouchables” nu voor de zoveelste keer afspeel. Terzijde, de filmmuziek is van Ennio Morricone en voor de kleding tekent Giorgio Armani. Komt het zien! Komt het zien!

Zaterdagmorgen zit ik met mijn koffie en leesboek op het balkon. Om 10 voor 10 kijk ik eens over de rand en wie staat daar naar me te zwaaien? Sonia. Ze zou me gistermiddag teruggeappt hebben dat ze toch vandaag komt poetsen. Die app heb ik dan mooi gemist. Dat krijg je ervan, als je maar beperkt internet op je telefoon hebt. Even over half 5 gisteren heeft ze me in een appje de reden uitgelegd waarom ze niet kon komen met daarbij de vraag of morgenvroeg om 10 uur een geschikte tijd was. Ik op mijn beurt ga hier bekennen dat ik na half vijf niet meer beneden ben geweest voor mijn ommetje en om op mijn telefoon te kijken of er nog nieuwe berichten zijn geweest.
Ik heet Sonia van harte welkom en vertel haar dan over de ijskast, “la nevera”. Het schoonmaken daarvan is geen punt voor haar; dat gaat ze met plezier doen. Ze vraagt me wel nog, wanneer ik de stroom van de ijskast heb uitgezet. Als ik zeg dat ik dat gistermorgen gedaan hebt, begint ze aan het schoonmaken van de ijskast met voorrang. Drie uur later is niet alleen mijn ijskast, maar ook de rest van de woning weer in “estado inmaculado”.
We spreken af dat ze de dag voordat mijn Maastrichtse bezoek komt, opnieuw haar opwachting zal maken om de woning vlekkeloos af te leveren, inclusief de zijkamer en de tweede wc. Op dinsdag 12 februari zal ze om kwart over 4 paraat zijn.

Als ze weg is en ik ook nog eens gegeten heb – hoofdgerecht: een royale portie tonijn met gemengde groente en brood - is het moment gekomen om jullie met nieuwe muziek te verblijden. Jullie zijn, neem ik aan, bekend met Johnny Cash, een van de sterren van de country-popmuziek vanaf eind jaren vijftig. Misschien zegt jullie ook de muziek van Rosanne Cash nog iets, een dochter van Johnny. Echter, kennen jullie ook de Cash Brothers, Andrew & Peter? Van dat tweetal – geen familie – had ik nog niet van gehoord totdat Peter (Marij’s neef) me op hen attent maakte. Ze komen uit Toronto in Canada en hebben ieder een eigen carrière in de muziek. Dan besluiten ze in 1996 een aantal jaren lang samen op te treden en platen te gaan maken.
Ik heb twee cd’s van ze: Raceway uit 1999 (= How Was Tomorrow, 2001) en A Brand New Night uit 2003. Op allebei staan elf nummers, wat veel om hier in zijn totaliteit op te gaan dreunen. Dus kom ik met een compromis: ik geef jullie alleen de nummers die ik extra interessant vind. Daar gaan we:
99.01. Raceway
99.03. Nebraska
99.04. The only one
99.06. Show me the reason
99.07. Night shift guru
03.01. Shadow of doubt
03.02. You’re it
03.05. It’s too late to say goodbye
03.07. Tillsonburg
03.11. Into a brand new light
Het inperken heeft me grote moeite gekost, dus ga me niet ook nog eens vragen welke van de tien nummers boven de al extra goede nummers uitsteken. Ik vind dat de Cash Brothers echt heel mooie muziek maken en vooruit, ik begin met mijn armen in de lucht te zwaaien bij het nummer “Night shift guru”. Wat me vooral opvalt, is hun close harmony zang, alsof ik de Everly Brothers opnieuw te horen krijg, maar dan in een moderner jasje. Ik beloof mezelf en jullie dat ik mijn best ga doen om de andere studio-cd’s van het duo (Phonebooth Tornado uit 2000 en Skydiggers/Cash Brothers uit 2006) ook te pakken te krijgen.

Als ik zaterdagavond bij El Corte Inglés ben, o.a. om mijn voorraad nootjes aan te vullen, zie ik bij de uitgang/ingang een grote advertentie staan van de eigen brillenwinkel van de zaak: Optica 2000. Die ligt pal naast de hoofdwinkel aan de noordkant. De nering probeert mij te als klant te winnen met twee lokkertjes. De ene is: “La calidad no se rebaja”, de kwaliteit is niet in de uitverkoop, is er niet minder om. De andere slagzin luidt: “Te damos liebre por liebre”, we geven je haas voor haas. Waar staat dat voor? Op de bijgeleverde grote tekening ontdek ik wel twee hazen met een bril op. Het moet haast wel een uitdrukking zijn, maar ze is mij helaas onbekend, zelfs niet als ik mijn joker, de grote Spaans-Nederlandse dictionaire, inzet. Is er misschien iemand uit de Maastrichtse Hazendans (Marij?) die mij te hulp wil schieten? Ik zal het hier in Las Palmas eens aan mensen gaan vragen.

De zondag staat uiteraard een beetje in het teken van wat er rond 3 uur in de Grote Staat, de Spilstraat en dan op de markt in mijn geboortestad gebeurt. Prima gedaan, Ton, dat je me zo snel een berichtje stuurt over wie zich deze keer heeft laten strikken om prins carnaval te worden (“vaan groet Mestreech”). Het is in 2019 echt een jonge gast of word ik in toenemende mate “een dagje ouder”. De medailles en andere parafrenalia worden dit jaar opgespeld dan wel omgehangen door de 36-jarige Armand d’n Ierste, in het dagelijkse leven Armand Peereboom. Hij heeft een HBO-diploma handel, bij elkaar geleerd en gespiekt op de Heao in Sittard en is nu een harde werker (behalve de komende maand). Zijn liefhebbende echtgenote heet Kitty Otten en vergeet hun zoontje van 4 genaamd Funs niet. Of er ook huisdieren in huize Peereboom wonen, staat niet in het bericht van De Limburger dat mij is toegezonden.
“Wie daan ouch, leve prins Armand 1”. En voor wie het refrein van “Ech woer, jeh jao” nog steeds niet kan meezingen, draai ik hier – speciaal voor de nieuwe prins carnaval – “De kromme en de sjele” van de Fiesta’s.

Gisteravond, of eigenlijk op het einde van de middag, speelt Barcelona voor de competitie (“Liga”) thuis tegen Valencia. De club komt met 0-2 achter te staan, maar gelukkig is het met rust toch weer 1-2 door een penalty van Leo Messi. Na de rust gebeurt er helemaal niet zo veel meer, behalve dan dat Messi met een prachtschot langs verscheidene Valencia verdedigers in minuut 60 of daaromtrent de 2-2 aantekent. De linkervoet van Leo, als die niet van hemelse kwaliteit is, eet ik een bezem (“vreet iech ‘ne bessem”). Niettemin, als Atletico Madrid op zondagmiddag wint, staat het nog maar drie punten van Barcelona verwijderd.
Atletico moet uit spelen tegen Betis Sevilla, geen gemakkelijke wedstrijd. En geloof het of niet, Betis klopt Atletico met 1-0. De afstand tussen de twee koplopers is nu dus niet drie, maar zes punten!
Laat ik mijn voetbalpraatje eindigen met te vertellen dat Barcelona Real Madrid heeft geloot voor de halve finale van de Spaanse “Copa”. De eerste van de twee wedstrijden is a.s. woensdag in Camp Nou. Of ik dan ergens hier voor de buis plaats neem, wel wis en zeker. De return in Madrid is op 27 februari, als ik in Maastricht ben, deo volente, om me op te maken voor carnaval. Ook die wedstrijd laat ik mij niet afnemen.

Op maandag zit ik vooral te lezen, maar om 6 uur waag ik mij toch weer beneden, o.a. om Marcel te feliciteren. Dan maak ik mijn wandelingetje langs de zee, pardon Atlantische oceaan. Op de hoek met de Tomas Miller ligt een Italiaans restaurant: “Paparazzi” (onder hotel Colon Playa). Brutale journalisten heb ik er nog niet kunnen ontdekken. Maar welke neringen liggen vandaag de dag links daarvan aan Las Canteras?
Op de hoek richting het strand is er eerst de “Burger King”. Die is er al een tijdje. De zaak is vooral in trek vanwege zijn “whopper”, een veredelde hamburger. Ik heb er wel eens een milkshake gekocht en hij was niet verkeerd, maar toch lang niet zo lekker als die van McDonald’s, zoals ik hem van de zaak naast Venezia in Wijck ken. Hier staat de milkshake niet op het programma. Misschien moet ik daar eens een mail aan McDonald’s aan wijden.
Links daarvan is sinds kort een best grote “Starbucks”. Ik weet het, er zijn mensen zoals Eva die daar acuut naar binnen willen voor een grote beker koffie. Trudie is pas tevreden, als ik haar bij de Starbucks op een muffin heb getrakteerd. En toch, persoonlijk heb ik er niet veel mee. Daar komt bij dat de firma te beroerd is om belasting te betalen, daarvan min of meer wordt vrijgesteld, omdat hij zo bekend is. Dat staat me zo erg tegen dat ik, als ik alleen ben, liever geen gebruik van de diensten van Starbucks maak.
Om het verse rijtje te completeren vertel ik jullie dat de zaak links daarnaast, waar Marc eens bijna belazerd is, ook de geest heeft gegeven. Op die plek is nu een nieuw restaurant gevestigd: “Madre de amor hermoso”, waar ik me nog eens ga aandienen. Het ziet er nogal chic uit, dus misschien moet ik eerst eens de prijzen op de menukaart bestuderen. Wie weet?

Het is best redelijk weer op maandagavond, maar val toch voor een film op mijn laptop, als het klokje van 9 uur heeft geslagen. Het wordt er eentje uit 1994 van regisseur Phillip Noyce: “Clear and present danger”. Hij speelt vooral in hoofdstad Washington van de VS, maar ook in Zuid-Amerika, vooral Colombia.
De hoofdrol is vergeven aan Jack Ryan (gespeeld door Harrison Ford), die plaatsvervangend hoofd van de CIA is (omdat zijn baas pancreaskanker heeft). Een vriend van de president is met zijn gezin afgeslacht door de Colombiaanse maffia en dus vindt hij het tijd voor aktie, desnoods clandestien. Jack Ryan mag geen troepen erheen sturen, maar twee direkte medewerkers van de president doen dat wel: Bob Ritter en James Cutter, met gestolen geld van het kartel van Ernesto Escobedo (het lijkt wel Escobar) en zijn rechterhand Cubaan Felix Cortez (gespeeld door Joaquin de Almeida). Zij zetten een missie op touw onder leiding van ene Clark (gespeeld door Willem Dafoe) die de drugsbazen eens mores gaat leren. De twaalf man van de missie lukt van alles tot een val voor ze wordt opgezet.
“Clear And Present Danger” (een niets zeggende titel) vind ik best een aardige film, met spectaculaire akties. Harrison Ford speelt zijn rol met verve (en diens vrouw Cathy is in het echt Anne Archer, nog bekend?). Ik ben na afloop een tevreden mens, maar of ik hem nog eens wil zien, dat toch niet. Voor een avondje vermaak op de bank bij de centrale verwarming is hij best geschikt.

“Goodbye, Ruby Tuesday, Who Could Hang A Name On You”. Het is vandaag weer tijd om een puntje aan deze brief te zuigen. Arrivederci! Mijn volgende heb ik op de rol staan voor dinsdag over een week: 12 februari, maar dan wat vroeger op de dag dan gangbaar.
Voor nu, haal de doos met carnavals”pekskes” maar van de zolder of uit de berging, want enig verstelwerk de komende weken kan geen kwaad. En koop eens een ander hoedje voor op je kop! We gaan langzaam, maar zeker op “die drei daog” aan en ook hier is de opening van het carnavalsseizoen nakende. Drink jezelf thuis alvast eens een keer in en kijk of je niet te snel over de rooie gaat. SIN ALCOHOL, wie bedenkt het , maar over alcohol moet je ook weer niet te licht denken. Daar houd ik het bij, tot ziens, hasta luego, PaulK.

BOEKENBIJLAGE

Op zijn tijd ben ik aan mezelf verplicht om een nieuw boek van Michael Connelly te lezen. Als ik bij Piet & Tonnie op bezoek ben afgelopen oktober, heeft Tonnie net “Two Kinds Of Thruth” uit. Ze geeft me de thriller uit 2017 mee naar huis en van daaruit gaat hij mee naar Las Palmas. Hier is mijn bespreking van het zoveelste moordboek met Harry Bosch en ook diens halfbroer advocaat Mickey Haller. Het verhaal speelt in Los Angeles en naburige San Fernando, waar de gepensioneerde Bosch alsnog een baantje als detective heeft. Hij houdt er kantoor in een omgebouwde gevangeniscel.
Er spelen verscheidene zaken. Allereerst wordt Harry Bosch valselijk beschuldigd van frauderen dertig jaar terug door een man, Preston Borders, die nu op zijn verscheiden zit te wachten in “death row”. Het blijkt dat zijn advocaten die we Cronyn en Cronyn zullen noemen, een scheve schaats aan het rijden zijn, daarbij al dan niet geholpen door een ambtenaar Terry Spencer, die gaat over bewaarde kledij van het slachtoffer van destijds: Dani Skyler. In hoeverre is officier van justitie Alex Kennedy er ook bij betrokken? Hij gaat de zaak voor de “Conviction Integrity Board” brengen, met (min of meer) steun van Lucia Soto, de partner van Harry Bosch vlak voordat hij bij de LAPD vertrokken is.
De tweede zaak is van heel recente datum. In San Fernando zijn een apotheker en diens zoon, José & José Jr Esquivel, doodgeschoten door een organisatie onder leiding van Russen Ivan en Igor. Zij houden zich op grote schaal bezig met de handel en wandel in Oxycodon en aanverwante drugs. Het recherchebureau in San Fernando en dan vooral Bella Lourdes krijgt uiteraard ook de hulp van Harry Bosch. Hij gaat zo waar undercover om een doorbraak in de zaak te forceren. In het boek komen nog een paar kwesties aan de orde, maar het lijkt me te veel van het goede om die hier ook nog te noemen.
Even denk ik, als ik in “Two Kinds Of Truth” zit te lezen: ik heb wel eens een beter boek van Michael Connelly in mijn handen gehad. Vervolgens zit ik toch weer zo geboeid op mijn balkonnetje dat “de tijd vliet”. Ook dit boek is spannend genoeg om met een 8 als recensiecijfer naar huis te mogen gaan.

In het deel van mijn boekenkast thuis met boeken die ik nog moet lezen, prijkt er al een tijd eentje van Mary Higgins Clark: Twee Meisjes In Het Blauw (Two little girls in blue) uit 2006. Om mij onduidelijke reden kom ik er steeds niet toe. Deze winter mag het mee naar Las Palmas en hier is mijn recensie. Het verhaal speelt vooral in een dorp in het Amerikaanse Connecticut: Ridgefield niet ver van New York (en eindigt noordelijker bij Boston in Cape Cod).
Op hun derde verjaardag wordt de eeneiige tweeling Kathy en Kelly Frawley ontvoerd en prompt wordt acht miljoen dollar losgeld geëist. De ouders, Steve en Margaret, zijn radeloos en de politie, vooral in de persoon van Marty Martinson en Walter Carlson, weet niet hoe ze zaak moet aanpakken. Wel komt de acht miljoen los, als de beleggingsfirma, waar Steve Frawley werkt, met het geld over de brug komt. De ontvoerders zijn Lucas Wohl en Clint Downes, aangevuld met Clint’s vriendin Angie Ames. Toch is het merendeel van de acht miljoen bedoeld om in de zakken te verdwijnen van de “Rattenvanger”, de man op de achtergrond. Gaandeweg komen verscheidene verdachten in beeld: Steve’s halfbroer en halve gare Richie Mason, ex-burgemeester Frankin Bailey van het dorp en twee man in de directie van de beleggingsfirma: Norman Bond en Gregg Stanford, allebei met een voorgeschiedenis van meer huwelijken. Langzaam aan komen er, na de overdracht van het geld, steeds duidelijker aanwijzingen hoe het allemaal in elkaar steekt. De tweeling helpt zelf ook een handje met zijn telepathische gaven. Vallen er doden? Wat doet kinderarts Sylvia Harris in de kantlijn? En wordt de zieke Kathy met haar zusje Kelly herenigd?
Ik vind “Twee meisjes in het blauw” – ik las het in het Nederlands – best een aardig boek, maar overhouden is wat anders. DE schrijfstijl is mij iets te kinderlijk (maar is dat in het Engels ook zo?). Daarboven op komt het telepathie-gedoe en ook het eigen taaltje van de tweeling; dat staat me niet erg aan. Mede daardoor blijft dit boek van Mary Higgins Clark steken bij een 7- als recensiecijfer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten