vrijdag 29 november 2019

Weblogbrief 15.04, 29 november 2019

Weblogbrief 15.04, 29 november 2019

Queridos amigos y familia, een beetje opluchting is het wel, nu ik een week heb om mijn vierde brief in elkaar te flansen. Het idee bekruipt me om het de komende dagen eerst eens rustig aan te doen. Geen poespas, alleen iets op te schrijven, als ik echt iets te vertellen heb.

Aan de andere kant, deze brieven zouden vooral gaan over wat ik zo al meemaak, het dagelijkse leven, en laat ik dus maar gewoon beginnen bij 22 november en dan stap voor stap doorgaan. Ik kijk uit bus 12 vlakbij El Corte Inglés en laat jullie dan al meegenieten van de etalage van een winkel, genaamd "Extensiones De Cabello. 100% Natural". In de zaak kun je echt alle haarstukjes en pruiken kopen die je hart begeert. Mijn vraag is of ik überhaupt met zo'n matje op mijn hoofd zou willen lopen.
Bij het gerechtsgebouw in Las Pamas-Zuid hangt een advertentie van de club die kinderleukemie nog verder wil terugdringen. Als blikvanger staat er een meisje bij met een wel heel kale kop. "La que tengo, se llama leukemia", is de adstructie en geloof maar dat de adventie klanten trekt. Hij hangt er al jaren, terecht. Misschien moet je als vrouw of man zonder haar, door een ziekte of je genen, gewoon doen; je hoort er gewoon nog steeds bij. Zelfs een hoedje op je hoofd lijkt me aan de overdreven kant.

Vlak voordat mijn favoriete bus de weg op draait naar het San José ziekenhuis, komen we langs een café met de naam "El Trujillo". Wat is dat nou weer? Is dat een beest, zoals een kip of voor mijn part een haantje de voorste? Ik kan de betekenis niet vinden in mijn dictionair. Laat ik het Sonia straks eens voorhouden.

"Op het werk" doe ik mijn ding, wat vooral bestaat uit mijn brief 15.03 posten en nummertjes 15.03 en 15.02 met terugwerkende kracht afdrukken voor mijn eigen bestwil. Dan doe ik mijn e-mail en bedien vooral Trudie en Harry deze keer. Trudie wil natuurlijk weten wat de reparatie aan mijn wasmachine heeft gekost (146 euri). Harry krijft opbouwend commentaar op zijn prachtige stuk over de geschiedenis van Boedapest. Er komt nog een deel 2 van hem over de Stalinistische en Orban-jaren. Als zijn verhaal daarover net zo goed is als dat over de eeuwen daarvoor, ga ik zijn "website" opnieuw bij jullie in de aanbeveling doen.

Om even over 4 bin ik terug op het honk en komt Sonia al aanzetten, vol goede moed. Ze brengt haar wangen in gereedheid, als ze boven aan mijn trap staat, voor twee "besitos". Dan vraag ik haar naar de betekenis van "trujillo". Dan blijkt dat ook zij onbekend is met het woord. Is het niet gewoon een "apellido", een achternaam of een bijnaam? Een "trujal" is een olijven- of druivenpers, maar dat lijkt er niet echt op.

Als Sonia eenmaal aan het "pótse" is geslagen, maak ik jullie erop opmerkzaam dat "Zondag Met Lubach" is pas weer a.s. zondag is en ik daar nog niks over te melden heb. Een voorspeller ben ik niet, zelfs niet van een cabaretprogramma. Dus verveel ik jullie nog maar eens met een reclame van 1Phone 11: "Tres hurras porque tenemos el mejor precio", staat er op een bord, drie hoeraatjes omdat wij de beste prijs hebben.
"Hurra", ook wel "viva", is het gangbare woord hier voor een hoeraatje. Zouden er ook equivalenten zijn voor een "High 5" en een boks, roept de koopman in mij dan? "High" in de betekenis van "in een roes" is in het Spaans "volado", maar die betekenis zoek ik niet. Ik vrees dat ik met "alto cinco" ook geen hoge ogen gooi. Dus is het nogmaals tijd om mijn hulp in te schakelen. Volgens Sonia is "high 5" gewoon een argot-woord voor "saludo", groet. Dat geldt idem dito voor een boks, een andere vorm van wederzijdse instemming onder vooral jongeren. Helaas, specifiek Spaanse woorden kan ook zij voor beide zaken niet ophoesten.

Na drie uur onafgebroken arbeiden is Sonia behoorlijk moe, "cansado". (Niet te verwarren met "casado", dat getrouwd betekent.) Ik heb haar verteld dat Lluis ook nog zou komen met een nieuw televisietoestel, maar om kwart over 7 uur is nog geen taal of teken van hem te bespeuren. Ik spreek met Sonia af voor over 15 dagen en ga maar eens op het balkon zitten met enige mondvoorraad.

Om half 9, typisch Lluis, gaat de telefoon en vertelt hij me dat de televisie sjouwen hem te zwaar valt. Anderen gaan hem morgen of maandag bij me installeren. Een uur later, ook typisch Lluis, staat hij toch met een gloednieuw apparaat voor me, nog keurig in zijn doos. Hij pakt het uit, een Smart TV 5522, zet de steuntjes eronder en zet het of de daarvoor bestemde lage kast. Dan zoekt hij de diverse zender via de automatische keuzeknop op. Hij (en ik) komen tot een totaal van zo'n 30, als we de dubbele weglaten. Het zijn bijna allemaal Spaanse en Canarische zenders; het aantal Engelstalige – vooral voor kinderen - is erg beperkt, op één hand te tellen. Het uiterst platte toestel is, meet ik later, zo'n 93 bij 52 centimeter. De diameter – en daar gaat het geloof ik om – is 109 cm oftewel 109 :2,5 = 43 inch. Ik kijk tegen een wel heel scherp beeld aan. Nou weet ik zeker dat ik me in Maastricht na carnaval ook zo'n LED TV zal gaan aanschaffen, ter vervanging van mijn zeer driedimensionale, maar onverslijtbare TV-kast (uit de middeleeuwen, ze kan linea recta het museum in).
Lluis is vervolgens niet te beroerd om ook nog even de tafel die op het balkonnetje staat, te verplaatsen naar de tussenkamer. Met name het blad van de tafel is bij mijn weten loodzwaar en dient nauwkeurig op het onderstel gezet te worden. Dat doet hij. Om 10 uur is mijn "dueño", huisbaas alweer op de terugweg naar zijn SUV, die beneden fout geparkeerd staat. Lluis, bij tijd en wijlen is het toch wel een "toffe gozer". Ik nestel me hernieuwd op het balkonnetje, met een drankje en nootjes. Het gevoel bekruipt me dat mij weinig verkeerds meer kan gebeuren.

Op de zaterdagmorgen kom ik op het lumineuze idee om Brigitte Bardot eens een kans te geven om als "chanteuse" te gaan vlammen op mijn laptop. De Française uit 1934 en ze zou nu dus op de gezegende leeftijd van 85 moeten zitten. Wie kent haar niet, van de Franse film, maar ook van bijv. de originele versie uit 1967 van "Je t'aime, moi non plus" samen met Serge Gainsbourg. Ik heb een "Best of" van haar uit 2002 en een drieluik dat dit jaar is uitgekomen. Laat ik eens voor de laatste kiezen en dan vooral het deel "Ciné musique – Bardot et le cinéma, bandes originales de films". Op die CD van de drie staan 26 nummers, maar een behoorlijk deel ervan is instrumentaal of met zang van andere artiesten. Blijven er negen nummers over, waarop B.B. zingt, al dan niet met een ander erbij. Hier zijn ze:
01. La madrague
10. Sidonie
14. Ah, les petittes femmes (+ Jeanne Moreau) (Viva Maria)
15. Paris, Paris, Paris (+ Jeanne Moreau) (idem)
16. Harley Davidson
18, Bonnie and Clyde (+ Serge Gainsbourg)
20. Chacun son homme (+ Annie Girardot) (Les Novices)
22. Sur le boulevard du rhum (Boulevard Du Rhum)
24. Plaisir d'amour (+ Guy Marchand) (idem)
Voor wie het niet (meer) weet, een "madrague" is een tonijnfuik. Als ik eerlijk ben, had ik wat meer filmnummers van Brigitte Bardot verwacht. Aan de andere kant, ik vind haar stem niet echt geweldig, niet zodanig dat ik jullie ook nog eens met tientallen andere liedjes wil vermoeien.

Hier is mijn variant van "maandag, wasdag". Ik heb me al jaren aangewend om op de zaterdagmorgen een was te draaien (omdat dat, in ieder geval in Maastricht, goedkoper is?). Hoe dan ook doe ik de wasmachine weer eens boordevol, voeg royaal waspoeder toe en draaien maar! Als de was klaar is (plus vijf minuten wachten), haal ik hem weer uit de machine en hang hem netjes te drogen op mijn plat.
Ik zit daarna lekker op mijn balkon te lezen, als ik ineens Carlos beneden hoor roepen: "¡Hoppa! Hoppa!" (Inderdaad, in het Canarisch, dus met een omgekeerd uitroepteken in het begin.) Uit het niets begint het dramatisch te hozen, we geloven onze eigen ogen nauwelijks. Dat wordt met voorrang de spullen weer binnenhalen, maar als ik dat gedaan heb, is hij al door- en doornat. Wordt het toch nog een dagje binnenshuis drogen in de tussenkamer.
Na een kwartier schijnt de zon weer in de Luis Morote, alsof hij niet is weggeweest. maar ik ben niet gek en hang de was niet meer terug te drogen op het plat.

Een mens moet wat, dus ga ik 's avonds maar eens een kijkje nemen op (Parque) Santa Catalina. Op het tweede deel, bij museo Elder, is het koppelverkoop. In het haast pikkedonker wordt reclame gemaakt voor "Dona sangre", geef bloed. In 20 minuten is het gebeurd, staat er, maar ik vermoed dat mensen zoals ik, met al hun medicatie, buitengesloten worden. Ter verlevendiging van het "Dona sangre" speelt een regionale folkoregroep (uit Aguïmes?) de sterren van de hemel, maar mijn hemel is het niet. Dus weet ik niet hoe snel ik me onder de bezoekers moet gaan begeven van de uitgebreide tentoonstelling vlakbij. Ze heet "Fashion & Friends" en het onderwerp is "moda cálida", kwaliteitsmode. Echter, ik het nog van eerdere jaren: het stikt er van de kraampjes, waar mensen je iets proberen aan te smeren, maar iets van mijn gading, ho maar. Misschien vind ik de "stand" van drankje "Flor De Sevilla" nog het aardigst, omdat ze je daar ongegeneerd en gratis een slokje laten proeven.
Niet veel later ben ik al weer bij het deel van restaurant Fataga op het plein. Daar is het heel druk met vooral mensen van middelbare leeftijd die net als ik de "Fashion & Friends" al gedag hebben gezegd. Er speelt ook behartenswaardige muziek. Met `Unforgettable" van Nat King Cole in mijn achterhoofd loop ik terug naar de kant van Santa Catalina waar het een en al terras is. Een nieuw, groot etablissement daar, vlakbij tabakswinkel La Esfinge, de sfinx, heet La Catalina (hoe komen ze op de naam!). Daar is nu buiten een orkestje in de weer en "dus" is het vooral daar te doen. Echt stampvol is het voor de deur. Zo waar zie ik ook tientallen mensen met hun beentjes van de vloer gaan. Het wordt tijd dat ik boodschappen ga doen en me terug ga trekken op mijn "piso", appartement.

Zondag rustdag, maar ik begin in redelijke vroegte met mijn intussen opgedroogde en bijna opgedroogde was op te bergen in de klerenkast en keuken.
Als ik later een ommetje maak, word ik aangesproken door een schoenpoetser, "betunero". Het is afgeleid van "betún", dat voor schoensmeer staat en ook voor asfalt. Beton is in het Spaans el hormigón). In mijn woordenboek vind ik overigens ook het (meer letterlijke) woord "limpiobotas" voor schoenpoetser. Het beroep is aan het uitsterven. Een meerderheid van de mannen hier in Las Palmas heeft tegenwoordig schoenen aan, waaraan maar weinig te poetsen valt met "betún". Ik vind het wel wat dat ik – in mijn zwarte, leren schoenen – nog herkend word als een potentiële klant. Echter, eraan gehoor geven om mijn schoenen te laten poetsen doe ik niet.

Helaas, op zondagmiddag al heb ik schoon genoeg van het gekweel van la Bardot, van haar liedjes in films, zie boven, en ook van de andere CD´s waarop ze te horen is. Laat ik maar een andere artiest voor het voetlicht halen, liefst ook uit Vive la France.
Maar een paar weken voordat ik in november afreis naar Las Palmas, krijg ik een verzamelCD onder ogen met allerlei Franse muziek. Daarop vind ik ook een nummer van ene Antoine. Wie is dat nou weer? Ik ken wel een Antoine, een aardige jongen die vriend is van Marcel en Arno, maar die zie ik in de zestiger jaren (van de vorige eeuw) nog geen CD bij elkaar zingen. Van de Franse zanger Antoine, geboren in 1944, nu dus 75 jaar, had ik in alle eerlijkheid nog nooit gehoord. Als ik zijn "Les élucubrations d'Antoine" hoor, denk ik wel bij mezelf: laat ik hem eens een kans geven. Dan blijkt tot mijn verbazing dat op Muziekweb een hele vracht CD's van Antoine te vinden is. Ik zeg tegen mezelf dat ik er maar ééntje mag proberen en kies voor: "Élubrucations (Antoine On 45, 1965-66)". Dit studiowerk uit zijn vroegste jaren als singer-songwriter is in 2014 opnieuw uitgegeven.
De CD telt twintig nummers, zoals gezegd uit 1965-66 en dat lijkt me voor jullie wat aan de overdreven kant. Dus beperk ik me hier tot de 50% die mij het meeste heeft aangesproken. Mijn Frans is redelijk, maar niet heel goed, dus ben ik vooral op zoek gegaan naar nummers die naast een aardige tekst (in het Frans) ook goed van melodie zijn. Hier komen ze:
01. La guerre
02. Ne t'en fais pas
04. Un jour, cést long temps pour nous deux
06. Petite fille, ne crois pas
07. Les élucubations d'Antoine
08. Pourquoi ces canons
12. Qu'est-ce que ça peut faire de vivre sans maison
14. Mais pas pour toi
16. Je reprends la route demain
18. Nadine
Nummertje 12 is een Franse versie van Bob Dylan's "Like a rolling stone" uit 1965; het staat voor het eerst op diens L.P. "Highway 61 Revisited". Inderdaad voor wie daarin geïnteresseerd is, de muziek van Antoine heeft wel wat weg van dat van de Meester uit zijn beginjaren.

's Avonds laat, als ik voor de zoveelste keer een horde "Chinese" dames op de bank bij karaokezaak Manila zie samendrommen, kan ik het niet laten en ga naar beneden om ze te vragen waar ze vandaan komen: China, Japan, Korea? Manilla - zo heet de karaoke-zaak ernaast - is de hoofdstad van de Philippijnen, dus wat ka=unnen ze me anders vertellen dan dat ze uit dat land komen. Harry & Greetje zijn er geloof ik nog eens op vakantie geweest.

Maandag 25 november is de "día internacional de la eliminación de la violencia contra la mujer" en dat zullen we weten. Als krant kun je vandaag niet zonder een hele litanie dames (en heren) te interviewen die zich rücksichtslos achter de doelstelling hebben geschaard. In regionale krant Canarias7 wordt zelfs de net 80 geworden Tina Turner - nog net niet postuum denk ik dan - van stal gehaald die zich vele decennia geleden toch maar mooi bevrijd zou hebben van "machista" Ike.
Mag ik een keertje niet meedoen met de mars die vanavond Las Palmas op zijn kop gaat zetten? Zelfs niet langs de kant staan om de stoethaspels aan te moedigen?

Mijn ommetje begint deze keer met een stuk (calle) Sagasta, de grote straat dwars op de Luis Morote, bij mij om de hoek. Vooraan in de straat is de "peleteria Naranjo". "Piel" is leer in het Spaans en "peletería" staat voor leerzaak. Wie weet dat een "naranja" een sinaasappel is, komt wellicht ook op het woord "naranjo" voor de bijpassende sinaasappelboom. De winkel bestaat volgens mij al sinds Sint Juttemis en hij is best groot, gespecialiseerd in vooral leren jassen. Ik vind hem wel een beetje horen tot de laatse der mohicanen onder de middenstand. Er zijn echt maar zelden nog klanten binnen, wel het nodige personeel.
Dan zie ik in de etalage van Naranjo een paar puike instappers staan, afgeprijsd van 84 naar 55 euro, dus met nog eens 35% korting. Heeft de korting van doen met het door de middenstand bedachte idee om de week van 22 t/m 29 november als een "semana de black friday" te afficheren? Mijn schoenen (laag, zonder veters) blijken voorradig te zijn in het dofwit en grijsblauw en zo waar ook nog eens in mijn maat (46). Ik pas de enigszins donkere en ze zitten als gegoten. Ik koop ze zonder aarzelen en op de kassabon die ik na betaling krijg, staat dat het "zapatos fluchos surf" zijn, surfschoenen. Waar dat "fluchos" voor staat, blijf ik jullie schuldig. Dat woord kan ik niet vinden in mijn woordenboek, zelfs ook niet in mijn Canarische "diccionario básico".
Even later loop ik tevreden over straat met de nieuw verworven "mocasins" in een papieren "bolsa".

De macht in de wereld is m.i. al lang niet meer primair in handen van politici, maar eerder van een aantal grote bedrijven, zoals in Nederland Shell, Unilever e.d. En dan is er - zeker op de korte termijn – nog de toevalsfactor. Het gaat met het leven dan weer eens een tijd zoals men het zich wenst en vervolgens valt het een tijd tegen. Dat geldt niet alleen voor mensen, maar ook voor hele landen, zelfs de hele wereld. Wie de politieke baas mag spelen in een globale crisistijd, zoals in Amerika Barack Obama van 2008 tot 2016, krijgt doorgaans in de recente geschiedenis daarna geen veer op zijn hoed gestoken.
Ongeveer sinds Donald Trump in de Verenigde Staten president is, gaat het met de economie van het land best goed. Dat toe te schrijven aan diezelfde Trump, is m.i. een gotspe, maar het maakt hem wel populair bij veel Amerikanen, vooral "de gewone man". Dat hij daarbij zo ongeveer alles aan zijn laars lapt wat hem niet zint, wordt hem door diezelfde "gewone man" graag vergeven. Over een jaar is (op 3 november 2020) een nieuwe presidentsverkiezing en zoals het er nu voorstaat, blijft Trump de eerst aangewezene om voor de republikeinen opnieuw een gooi naar de macht te doen, ondanks zijn hoge leeftijd. Persoonlijk vind ik dat iemand van mijn leeftijd, boven de 70, niet langer de aangewezen persoon moet zijn om belangrijke beslissingen te nemen in de binnenlandse en buitenlandse politiek, kortom om een groot land te besturen. President zijn, zelfs van een kleiner land zoals Nederland, is meer iets voor veertigers en vijftigers, om het eens rechttoe rechtaan te zeggen, of het nou om een meer conservatieve of vooruitstrevende persoon gaat.
In het kamp van de democraten verdringen allerlei hoogbejaarden zich vandaag de dag om het tegen Donald Trump op te kunnen nemen, het komende verkiezingsjaar. Vooralsnog zijn de belangrijkste kanshebbers Joe Biden, 77, en als hij niet omvalt, Bernie Sanders, 78. Daar win je de oorlog niet mee, kan ik jullie nu al voorspellen. Ook de nieuwe ster aan het democratische firmament, Mike Bloomberg, alweer 77, heeft m.i. geen schijn van kans tegen Trump, hoe rijk de oud-burgemeester van New York ook moge zijn (hij staat zesde op de Forbes-lijst, met 55 miljard). Voorlopig zet ik mijn dure geld op Elisabeth Warren, best progressief, maar helaas wel al weer 70. Niettemin, zo lang het goed gaat met Amerika en de economie, al dan niet door toedoen van narcist Donald Trump, is haar kans om de volgende president te worden ook klein.
Waar blijven de jonge democraten met een mooie babbel en een idem dito slagzin die zich de komende maanden onbevangen in het strijdtoneel durven te werpen?

Mag ik in herhaling vallen over mijn "zapatos fluchos"? Die zijn, als ik ze op dinsdag eens op straat uitprobeer, nog altijd uit de kunst. Ze zijn kennelijk van een Spaans merk: "Dingo" en het woord "fluchos" staat in allebei de schoenen genoemd, naast een mannetje dat overduidelijk een paard de sporen geeft. Waar zou dat "fluchos" toch voor staan?

Op de dinsdagavond zit ik ruim op tijd gereed voor een avondpotje voetbal. Real speelt om 8 uur (locale tijd) tegen Paris Saint-Germain (PSG) en tegelijkertijd ook nog eens Juventus tegen Atlético Madrid. Ik heb sinds zaterdag thuis twee voetbalkanalen tot mijn beschikking: "Real Madrid" en "Gol". Als ik om twintig voor 8 inschakel, zit op beide zenders een vijftal deskundigen geanimeerd voor te beschouwen. Op de achtergrond hoor ik zachtjes al de hymne van de Champions League opklinken.
Ze gaan de wedstrijden allebei van minuut tot minuut volgen, "minuto a minuto", maar dat valt mij vanaf 8 uur knap tegen. Ik krijg een radioverslag en geen beelden. Die mogen pas op het scherm komen in de korte samenvattingen vanaf over 10 uur. Als ik vooraf hoor dat Galatazaray en Brugge gelijk gespeeld hebben, weet ik alvast dat Real en PSG niks meer kan gebeuren, met nog twee wedstrijden te gaan. Die zijn nu al allebei door naar de achte finales. Voor Atlético ligt het, als er verloren wordt van Juventus, een heel stuk moeilijker. Dan staat het nog maar één punt boven Leverkusen, dat met 0-2 in Sint-Petersburg gewonnen heeft.
Juventus verslaat Atlético met 1-0. Moet ik het enige doelpunt van Juventus tegen Atlético - een vrijde trap van Dybala vlakbij de achterlijn links van Oblak, die er zo maar inploft - nou zien als iets schitterends ("un golazo") of als een blunder? De deskundigen komen er niet uit. Voor het woord "blunder" heb ik in mijn groot woordenboek diverse namen staan, maar niet "cantada".
De wedstrijd van Real tegen PSG lijkt helemaal voor de thuisclub in de knip, als Karim Benzema in de tweede helft zijn tweede treffer van de match aantekent. Het vonnis, de "sentencia" is geveld en op beide sportzenders heeft men het al over een "apisonadora", een stoomwals die over de tegenstander heenrolt. En toch, dan maakt PSG vlak erop wel nog de 1-2 en 2-2.
Dat gaat morgen, woensdag wat geven, als eerst Valencia het thuis opneemt tegen Chelsea en dan, om 8 uur locale tijd, Lille tegen Ajax. Ik neem me voor om morgen weer gewoon ergens op het terras tegaan kijken. Dar is niet alleen leuker, maar ik krijg graag een echte wedstrijd mee. Ik vrees intussen wel dat overal hier Barcelona tegen Borussia Dortmund zal opstaan en niet het treffen in Noord-Frankrijk.

Woensdag is het precies nog twaalf weken te gaan, voordat ik huiswaarts mag. Daarvan zijn er nog vijf vóór nieuwjaar en zeven erna. Op woensdag 19 februari meld ik mij, links en rechts kushandjes uitdelend, weer in "Holanda". De voorpret mag ik hier nog afwerken, maar voor "die drei daog, zegk mer vijf" is mijn geboortestad toch de aangewezen plek. Daarna wil ik het vroege voorjaar in Nederland wel weer eens aan den lijve voelen.

Met Henk van Berkel en Anneke hebben Trudie en ik al jaren lang af en toe een etentje, om en om bij hunnie of bij een van ons. Vanmiddag promoveert Henk aan de universiteit van Tilburg op een educatief onderwerp: of studenten die in beroep gaan tegen een beslissing over hun examen op de universiteit, dan wel en niet vaak gelijk hebben en het ook nog krijgen. Volgens Trudie zijn deze studenten al te vaak mensen die te beroerd zijn om echt te blokken voor hun punten en dan via de rechter hun gelijk proberen te halen. Henk denkt daar, geadstrueerd met allerlei cijfers, heel anders over. Hij heeft in zijn werkzame leven uiteraard al eens eerder een proefschrift geschreven en met succes verdedigd, maar daarna is hij als vaste medewerker van O & O in Maastricht in de pikorde nooit hoger gekomen dan universitair hoofddocent, "associate professor", om het eens op zijn Engels te zeggen. Hij heeft me al een paar keer uitgelegd dat dat mede komt, omdat hij met zijn baas ("Kees") bij O & O nooit goed door dezelfde deur heeft gekund.
Wat doe je, als je er als "jubilado" uitgebonjourd wordt? Ga je dan werkeloos achter de geraniums zitten? Henk is een wel zeer bezige bij, die er dan voor kiest om - naast andere bezigheden - elders in Nederland nog eens opnieuw de Ph.D. student te gaan spelen. Ik weet vanmorgen al heel zeker dat hij vanmiddag in Tilburg zijn welluidende stem zal laten klinken. Trudie gaat mede namens mij acte de présence geven. (Maar dan krijg ik een appje dat ze niet naar Tilburg kan komen.)

Woensdagmiddag vervolg ik deze Franse week met nog maar een plaatje uit dat land: "The Rough Guide To Paris Café", keurig uit de rekken van Centre Ceramique geplukt. De CD is van 2010, maar ik voel aan mijn klompen aan dat de diverse nummers best oud (maar niet versleten) zijn. Er staan er twintig op de plaat en laat mij eens voor de variatie, na B.B. en Antoine, de (overheersend) instrumentale nummers van de CD naar de voorgrond halen. Op de meeste daarvan voert een accordeon de boventoon. Hier zijn ze:
01. Glissade – David Rivière
03. I wonder where my baby is tonight – Angelo Debarre & Ludovic Beier
05. Waltz in Paris – Ludovic Beuer Quartet
07. Rue de la Chine – Marcel Azzola & Didi Duprat
08. Kif – Beltuner Feat. Mustapha MB
09. Polka à Alfred Mouret – Trio DCA
11. Impression – Henri Momboisse
12. Germaine – Joseph Colombo Du Bal Tabarin Et Son Ensemble
14. Le tournis – Armand Lassange
17. Accordéonette – Jean Peyronnin, A Tedeschi Et Leur Célèbre Orchestra Musette
19. Fox musette – Les Primitifs Du Futur
Als dit geen mooie, onvervalste serie is... (En natuurlijk heb ik ook iets met bijv. liedje 15: La guinguette a fermé ses volets" van zangeres Damia", maar dat is niet instrumentaal.) Een voorkeur voor dit of dat nummer ga ik deze keer hier eens niet uitspreken.

In de vroege avond zit ik op de bank tegenover Carlos, maar een e-mail of appje van Trudie is er nog niet. Dus loop ik maar naar het café-terras van Miami op het plein en krijg het laatste stukje mee van Valencia tegen Chelsea. De Spaanse club staat met 1-2 achter, heeft net nog een penalty gemist. Dan weet in minuut 82 ene Wass vanuit een haast onmogelijke positie opzij van het doel toch nog de 2-2 binnen te tokken. Het lijkt wel een herhaling van de goal van Dybala van Juventus.
Lille (LOSC) tegen Ajax wordt uiteraard niet vertoond, zodat ik af moet gaan op vooral de mini-samenvatting later op mijn eigen TV. Het wordt 0-2, door doelpunten van Ziyech voor de pauze en Promes in de tweede helft. Weten jullie wel dat die Promes nu al op 6 uit 5 staat? De stand na vijf van de zes wedstrijden is: 1. Ajax 10, 2/3 Valencia en Chelsea 8 en Lille 1 punt. Als Chelsea thuis wint van Lille, wat ik haast aanneem, heeft Ajax nog altijd aan een gelijkspel thuis tegen Valencia genoeg om de achtste finales te bereiken.

Hier in Las Palmas wil iedereen uiteraard naar Barcelona tegen Borussia Dortmund kijken. Een beetje noodgedwongen doe ik maar met de meute mee. Al in minuut 1 zie ik een flater van Rakitic, waardoor het bijna 0-1 wordt. Suárez scoort in (net aan) buitenspelpositie in minuut 21, maar met de rust staat het toch al 2-0 door Suárez in minuut 29 en Messi in minuut 33. (Invaller) Griezmann (met i-e) maakt er in minuut 67 nog 3-0 van op aangeven van Messi. Daarna komt Borussia Dortmund echt los. In minuut 79 scoort Sancho een mooie 3-1 en later mag Ter Steegen nog een bal tegen de lat stompen. Is Barcelona moe, of heeft het geen zin meer?
Terzijde, Frenkie de Jong, nummer 21van de "azulgrana", speelt de hele wedstrijd een prima partij. En in minuut 45 krijgt de Franse scheidsrechter Turpin een bal keihard tegen zijn hoofd en ligt de wedstrijd daardoor een tijdje stil.
Mijn favoriete club uit Spanje is nu wel al geplaatst (met 11 punten, voor Inter en Borussia Dortmund met 7). In een andere groep spelen Liverpool en Napoli gelijk (1-1) en daar is de stand nu 1. Liverpool 10, 2. Napoli 9, 3. Salzbug 7.

De donderdag is een beetje de stilte voor de storm. A.s. zaterdag komt Trudie hierheen voor een weekje rust. In haar e-mail schrijft ze me hoe "drök, drök" ze het wel niet heeft en dat hoef ik niet te vertalen, vrees ik, zelfs niet voor mensen die het Maastrichtse dialect niet machtig zijn. Wat een verademing moet het voor haar zijn om hier met mij op het balkon te zitten lezen of kletsen en eens een dagje strand te doen. En dan heb ik het nog niet over culinaire hoogtepunten zoals het klaarmaken van enkele kilo's "zoervleis op ze Mestreechs" en een behoorlijke bak stevige gehaktballen.
Omdat ik morgen, vrijdag, naar de universiteit ga en daarmee aan allerlei alledaagse dingen minder toekom, begin ik vandaag al met me te prepareren op allerlei boodschappen. Er moet chorizo de Pamplona op tafel komen, Hollandse jonge kaas en laat ik de spa en halfvolle melk niet vergeten. En wat ik allmaal wel niet nodig heb om mijn fameuze "pittige greuntesop mèt balle"op tafel te zetten. De Spar om de hoek krijgt de komende dagen nog een goeie aan me.
's Avonds ga ik in mijn instappers naar de Mesa y López voor wat ik maar aanvullende boodschappen zal noemen. Dan valt me op dat de feestdagen hier nou toch wel begonnen zijn. De stukje straat van El Corte Inglés is eindelijk bevrijd van alle "metro"-werkzaamheden en ligt er op zijn voorjaars bij. De bomen in het middenstuk zijn gehuld in een vracht rode lampjes waar je u tegen zegt. Ook hangen er grote, witte langwerpige (kerst)ballen aan. (De diverse bomen langs de oostkant van de stad zullen binnenkort ongetwijfeld volgen met een zee van lampjes.) In de nieuw ingerichte etalages van de Bijenkorf van Spanje zijn de kerstbomen troef en ook binnen wemelt het van die sparren met van alles erop en eraan.
In de twee winkels van El Corte Inglés is het vanavond best druk. Ik moet echt tussen horden kooplustigen door om bij de Hipercor beneden in de noordkelder te komen voor mijn amandelen en hazelnoten. En passant is er ook nog tijd om servetten, knäckebrot en krabsalade te confisqueren.
De San Nicolás die hier over de daken rijdt, zit niet op geen witte schimmel, maar bedient zich van een Coca-cola arreslee, zonder Pieten, de Criados Moros). Ook in de straten in de buurt is men begonnen om "kerst"versiering op te hangen. Daar is het overigens wel nog allemaal maar mondjesmaat. Moe, maar voldaan keer ik weer terug naar de Luis Morote.

Vandaag, vrijdag, is het weer tijd om de universiteit op te zoeken, altijd een belevenis, al was het maar omdat ik dan (soms) Lluis weer eens tegen het lijf loop en/of enkele anderen van de afdeling. Iedere keer vraag ik me nu af of de printer het wel zal doen (waar Tomas over gaat, die in deze tijd van het jaar wel eens bezigheden buitenshuis blijkt te hebben). Hoe dan ook, vanmiddag gaat brief 15.04 de lucht in! Mijn volgende hoop ik, in ijltempo, te kunnen versturen op donderdag 5 december, als jullie je hoofd zitten te breken over rijmwoorden op Sinterklaas en Zwarte of Gekleurde Piet.
Voor nu: neem alvast eens een taai taai en bedenk dat je surprises ook in plastic kunt verpakken. Ik hoop oprecht dat niemand van jullie de zak gaat krijgen en tot ziens maar weer, hasta luego, PaulK.

BOEKENBIJLAGE

Met name Eva vertelde me an de zomer dat ik per se "Hex" eens moest lezen, van de Nijmeegse nog jongeman (36 jaar, uit 1983) Thomas Olde Heuvelt. Het is (oorspronkelijk) uit 2013, maar het einde is nog eens aangepast in 2016. Als iemand als Stephen King er dan nog eens zijn fiat aan geeft, kan het succesverhaal niet meer stuk. "Hex" is nu een bestseller over de hele wereld. Het speelt in een klein dorpje (3000 inwoners) vlakbij Nijmegen.
In 1665 is daar een heks verbrand, Katharina van Wyler, maar om onduidelijke reden is ze nog steeds, of alweer, present in het plaatsje. Ze staat steeds op een andere plek in het dorp, als ze niet aan de wandel is. Weg te krijgen is ze niet en dus besluit het dorp om haar met rust te laten en er als het graf over te zwijgen tegenover de buitenwereld. Wel richt ze een Hex-controlecentrum in met zeven "man" personeel – de baas heet Robert Grim - om haar te monitoren. Gaan we naar het gezin van Stefan (huisarts-onderzoeker!) en Jolanda de Graaf plus tienerkinderen Timo en Max, die al achttien jaar in het dorpje wonen. Timo haalt met zijn vrienden graag streken uit en de "Wickervrouw" is uiteraard een dankbaar slachtoffer. Dan loopt het uit de hand, als sommige van zijn vriendjes, zoals zoon Jelmer van slagersvrouw Gemma Holst, met veel grover geschut aan komen zetten. Raadsheer en god-aanbidder Kobus Mater spreekt er schande van en grijpt terug op een eeuwenoude noodverordening om de jongens te straffen. Daarna loopt het helemaal uit de hand.
Wie ben ik om na de lovende woorden van Stephen King nog kritiek op "Hex" te hebben. Ik heb genoten, ik ook! Dit is voor mij een van de beste Nederlandstalige boeken van de laatste jaren. Als recensiecijfer kom ik uit op een 8½, vooruit zelfs een 9-, omdat ik tot aan het einde de spanning blijf voelen. Ik heb de opvolger van "Hex" al in huis, "Echo", en die gaat er zeker ook aan geloven.

Nu ik toch bezig ben met bestsellers, kan ik niet om Martine Bijl's Rinkeldekink" heen. Het boekje is onlangs met de Publieksprijs naar huis gegaan, de hoogste jaarlijkse onderscheiding voor een boek in Nederland. Van Martine Bijl, een Amsterdamse uit 1948, heb ik haar eerdere "Hindergroen" al eens positief besproken. "Rinkeldekink" - een dienblad met bekers koffie klettert op de grond klettert op blz. 39 - telt maar 114 bladzijden, maar er is heel wat reclame gemaakt om het te laten winnen.
Martine Bijl vertelt in de vorm van korte hoofdstukken over de jaren na haar beroerte in 2015 (tot aan haar dood dit voorjaar). Zij heeft een SAB gehad, een subarachnoidale bloeding, waarvan ze niet echt kan genezen. Haar boek telt drie delen: over haar tijd in het revalidatiecentrum, over haar depressie en over het daarmee samenhangende verblijf in het streekziekenhuis. Het bijbehorende aantal stukjes is respectievelijk 18, 4 en 10. Over de lichamelijke revalidatie, zo goed en zo kwaad als het gaat, wil Martine Bijl best vertellen en min of meer ook over wat er om haar heen met mensen gebeurt op de afdeling psychiatrie van het streekziekenhuis. Echter, over haar grootste probleem, de Zwarte Deken die over haar heenvalt na haar beroerte, blijft ze heel vaag. Daarover wil ze maar mondjesmaat iets kwijt. Het lukt haar maar niet om daarover veel zinnigs op papier te zetten.
Mede ook, omdat ikzelf in 1995 (alweer bijna 25 jaar terug) een beroerte heb gehad, heb ik "Rinkeldekink" met veel aandacht zitten lezen. Zelf ben ik er destijds (nagenoeg) ongeschonden uit gekomen (maar vraag me wel serieus af of ik niet ook een – lichtere - depressie heb gehad). Met name deel 1 van Martine Bijl's boek vind ik goed geschreven. Het geeft een rake typering van het leven als patiënt, als je weet dat je niet echt meer beter wordt. Deel 3 over haar omgeving op de afdeling psychiatrie kan er m.i. ook best mee door. Een minpunt blijft voor mij dat het verhaal over de depressie wel wordt aangestipt, maar toch grotendeels onverteld blijft. Daardoor kom ik voor "Rinkeldekink" niet verder dan een 7 als recensiecijfer. Misschien had haar man Berend Boudewijn kunnen helpen om haar omgang met de depressie op te schrijven.

Van thrilerschrijver Harlan Coben (geboren in Newark, New Jersey in 1962) heb ik door de jaren heen al heel wat boeken hier besproken, meestal best gunstig. Ik heb op mijn e-reader de nodige andere staan en vooruit, laat ik "Naar Huis" eens gaan doornemen. Het is uit 2016 en heet oorspronkelijk "Home". Uiteraard speelt het vooral in Newark, dat niet ver van New York City afligt.
De ikpersoon in het boek is ene Win, maar zijn vriend Myron Bolitar, ex-basketballer, dan sporter-begeleider en nu een soort Private Eye, is prominenter in beeld. Ook diens secondanten Esmeralda en Big Cyndi en zijn neefje Mickey (plus Ema & Spoon) doen weer mee, evenals Win's hulp: transgender Zorra.
Tien jaar terug zijn twee zesjarigen van de aardbodem verdwenen, Patrick en Win's neefje Rhys, en nu – na zoveel tijd - komt er een aanwijzing dat Patrick nog in leven is en als jonge prostitué in Londen de kost verdient. Myron & Win gaan erop af en vinden de jongeman ook. Van Rhys is helaas nog steeds geen spoor te bekennen. Aan de kant van de boeven komen we vooral Fat Gandhi tegen met zijn pedofiel netwerk in Londen. De gezinnen van de jongens komen vervolgens uitgebreider in beeld en dan blijkt dat daarin een en ander goed mis zit.
Myron Bolitar heeft wel wat van mij weg, als het op zijn voorkeur voor een bepaalde omgeving gaat. Ik citeer hem maar eens op blz. 209: "Daar hield hij van, naar mensen kijken. Beelden van zonsondergangen boven zee en groene landschappen mochten dan prachtig zijn, maar na een tijdje werden ze voorspelbaar. Mensen – van elk ras en geslacht, alle soorten en maten, afkomstig uit alle landen, en ga zo maar door – verveelden nooit. Iedereen had zijn eigen wereldje: een leven, een droom, hoop en verdriet, blijdschap en verbazing, een verhaal met een begin, een midden en een eind... en dat liep zomaar op straat aan je voorbij."
Harlan Coben doet erg zijn best om het me als lezer naar de zin te maken. Zijn "Home" is genietbaar en de zijstapjes naar bijv. basketbal mogen er zijn. Dus bedeel ik zijn "Naar Huis" met een 8 als passend recensiecijfer. De schrijver lijkt me een sympathieke man toe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten